Vruchtbaarheid man
Om zwanger te worden, is zowel de vruchtbaarheid van de vrouw als het bevruchtend vermogen van de man erg belangrijk. Om een eicel te bevruchten, heeft een man namelijk genoeg gezonde zaadcellen nodig. Alleen gezonde zaadcellen kunnen de eicel daadwerkelijk bereiken en bevruchten. Wil je meer weten over de vruchtbaarheid van de man en het mannelijk geslachtsorgaan? We vertellen je er alles over.
We geven je graag antwoord op de volgende vragen:
· Vruchtbaarheid man: hoe zit dat?
· Wanneer is een man vruchtbaar?
· Hoe zit het met een verminderde vruchtbaarheid bij de man?
· Man is verminderd vruchtbaar, maar toch zwanger worden?
Vruchtbaarheid man: hoe zit dat?
De vruchtbaarheid van de man is afhankelijk van de kwaliteit van het zaad. Het sperma bestaat uit zaadcellen en vloeistof. De aanmaak van deze zaadcellen gebeurt in de zaadballen (testikels). Vervolgens gaan de zaadcellen naar de bijbal. Ook worden ze in het laatste gedeelte van de zaadleider opgeslagen. Heeft de man een zaadlozing? Dan komen de zaadcellen via de plasbuis naar buiten. Hierbij voegen de zaadvloeistofblaasjes en de prostaat vloeistof aan de zaadcellen toe. Vervolgens kunnen de zaadcellen van een man een eicel bevruchten.
Wanneer is een man vruchtbaar?
Een man is vruchtbaar als de zaadcellen in het sperma goed werken. Mannen zijn tussen de 20 en 35 jaar oud het meest vruchtbaar. De optimale leeftijd is 28, maar dat geldt niet voor elke man. Anders dan bij vrouwen, zijn mannen in principe vanaf hun pubertijd altijd vruchtbaar (als de kwaliteit van het zaad goed is en blijft). Wel begint de kwaliteit van het zaad af te nemen tussen je 40e en 50e. Dit heet de penopauze.
Mannen hebben geen cyclus of specifieke dag waarop ze vruchtbaar zijn, maar kunnen bij elke zaadlozing een eventuele eicel bevruchten.
Er zijn een aantal factoren van invloed op de kwaliteit van de zaadcellen:
· De hoeveelheid zaadcellen;
· De beweeglijkheid van de zaadcellen;
· En de vorm van de zaadcellen.
Meestal zijn vruchtbaarheidsproblemen een combinatie van deze drie factoren. We nemen ze één voor één met je door.
De hoeveelheid zaadcellen
Het aantal zaadcellen per zaadlozing is heel belangrijk voor de vruchtbaarheid van een man. In een zaadlozing zitten gemiddeld tussen de 60 en 150 miljoen zaadcellen. Als je minder dan 20 miljoen zaadcellen hebt, is dit erg weinig. Om een vrouw zwanger te maken, moet een zaadcel bij de eicel komen. Dit gaat niet zo makkelijk als het lijkt. De baarmoeder van een vrouw heeft veel obstakels waar de zaadcellen doorheen moeten. Hoe minder zaadcellen je hebt, hoe kleiner de kans dat je een eicel bevrucht.
De beweeglijkheid van de zaadcellen
De beweeglijkheid van de zaadcellen is ook erg belangrijk als het gaat om de vruchtbaarheid van een man. Soms bewegen zaadcellen niet zo goed, dat noemen we onvoldoende beweeglijkheid. Ze kunnen dan niet goed door de baarmoeder ‘zwemmen’, en komen dus niet bij de eicel. Je spreekt dan van slecht bewegende zaadcellen.
De vorm van de zaadcellen
De kwaliteit van je zaad wordt ook bepaald door de vorm van je zaadcellen. Normaal gesproken bestaat een zaadcel uit een ovale kop met een lange dunne staart. Hoe beter de vorm van je zaadcellen, hoe beter ze door de baarmoeder bewegen. Als je zaadcellen een afwijkende vorm hebben, is dit dus lastiger. Bij een afwijkende vorm hebben de zaadcellen bijvoorbeeld twee koppen, een puntige kop of misschien wel twee staarten. Dit zorgt ervoor dat zaadcellen minder goed door de baarmoeder kunnen bewegen. Dat maakt de kans op een bevruchting kleiner.
Hoe zit het met een verminderde vruchtbaarheid bij de man?
Een verminderde vruchtbaarheid van een man kan verschillende oorzaken hebben. Er kunnen zowel medische redenen als andere redenen zijn.
Medische redenen
Het kan zijn dat je verminderd vruchtbaar bent om medische redenen. Deze redenen kunnen zijn:
- Niet goed ingedaalde zaadballen;
- Afwezigheid van zaadleiders;
- Chemotherapie of bestraling.
Niet goed ingedaalde zaadballen
Voordat een baby geboren wordt, zitten de zaadballen in de liezen. Ongeveer een maand voor de geboorte verplaatsen deze naar je balzak (scrotum). Dit heet indalen. Als een jongetje geboren wordt, horen de zaadballen dus in de balzak te zitten. Soms gaat dit indalen niet helemaal goed en kan een van je zaadballen of beide in je liezen blijven zitten. Dit gebeurt bij ongeveer 2% tot 3% van de jongens. Meestal wordt dit probleem al vroeg opgemerkt en verholpen. Als dit niet verholpen wordt, kan het op latere leeftijd invloed op je vruchtbaarheid hebben. Als een zaadbal niet ingedaald is, is je vruchtbaarheid meestal nog 60-70%. Als beide zaadballen niet ingedaald zijn, is dit nog maar 30%. Maar ook als het wel verholpen is, zou een late indaling van je zaadballen nog een negatieve invloed op je vruchtbaarheid kunnen hebben.
Afwezigheid van zaadleiders
Het kan zijn dat je geboren wordt zonder zaadleiders of met afwijkende zaadleiders. Dit is meestal het gevolg van een andere ziekte zoals taaislijmziekte. Als er geen of slechte zaadleiders zijn, kan het sperma niet van de zaadbal naar de urinebuis. Je hebt dan geen zaadcellen in je sperma en bent verminderd of niet vruchtbaar.
Chemotherapie of bestraling
Chemotherapie of bestraling kan invloed hebben op je vruchtbaarheid en het aantal zaadcellen. Chemotherapie gaat door je hele lichaam heen en kan dus ook in je zaadcellen komen. Het kan dan zijn dat je (tijdelijk) minder of helemaal geen zaadcellen aanmaakt. De therapie kan ook invloed hebben op de beweeglijkheid en vorm van je zaad. Dit kan invloed leiden tot een verminderde zaadkwaliteit. Dit gebeurt gelukkig niet bij alle mannen.
Niet-medische redenen
Er zijn ook niet-medische redenen en andere oorzaken die invloed kunnen hebben op de vruchtbaarheid van een man. Een aantal voorbeelden zijn de temperatuur in de zaadbal, je leefstijl en frequentie van zaadlozing.
Temperatuur in de zaadballen
De temperatuur in je zaadballen is normaal gesproken 2 graden lager dan je lichaamstemperatuur. Deze temperatuur is ideaal voor de zaadproductie. Het is dus belangrijk dat die temperatuur niet te hoog wordt. De temperatuur kan omhoog gaan door te strak ondergoed of als je vaak een heel warm bad neemt. Het is nog niet bekend of een lage temperatuur de vruchtbaarheid ook vermindert.
Leefstijl
Een gezonde leefstijl is goed voor je vruchtbaarheid. Het is dus slim om genoeg te bewegen en bijvoorbeeld gevarieerd te eten. Als je rookt of veel alcohol gebruikt, kan dit leiden tot verminderde zaadkwaliteit. Zo’n 1-2 glazen alcohol per dag heeft niet zo veel invloed op de kwaliteit van je sperma, maar van overmatig alcoholgebruik kan je vruchtbaarheid minder worden. Over het algemeen duurt het ongeveer 3 maanden voor je zaadcellen rijp zijn. Je leefstijl van de afgelopen 3 maanden heeft dus invloed op je zaadkwaliteit.
Frequentie van zaadlozing
Hoe vaak je een zaadlozing hebt, heeft ook invloed op je vruchtbaarheid. Het ‘opsparen’ van zaad kan ervoor zorgen dat de kwaliteit van je zaad vermindert. Als je zaad te lang opslaat, bijvoorbeeld langer dan 10 dagen, gaat je lichaam de zaadcellen namelijk zelf afbreken. Maar te veel zaadlozingen hebben, is ook niet goed voor de kwaliteit. Je lichaam heeft dan namelijk niet genoeg tijd om goede zaadcellen aan te maken.
Gemiddeld is het beste om 3 tot 5 keer per week een zaadlozing te hebben. Het is dan wel belangrijk dat er minimaal 36 uur tussen de twee zaadlozingen in zit. Je lichaam heeft zo genoeg tijd om zaadcellen te produceren en op te slaan.
Man is verminderd vruchtbaar, maar toch zwanger worden?
Als je vruchtbaarheid minder is, kan je gelukkig nog steeds kinderen krijgen. Naast je leefstijl aanpassen, zijn er namelijk ook medische oplossingen. Zo kan je samen met je partner een traject in voor intra-uteriene inseminatie (IUI), in-vitrofertilisatie (IVF) of intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI).
IUI
Bij IUI worden de zaadcellen in het laboratorium bewerkt waardoor de beste zaadcellen geselecteerd worden. Deze worden dan rond de eisprong van de vrouw in haar baarmoeder ingebracht. Zo kan er mogelijk een natuurlijke bevruchting plaatsvinden.
IVF
Bij IVF worden in een laboratorium de zaadcellen en een eicel bij elkaar gebracht. De bevruchting vindt dan in een reageerbuis plaats. Als er een bevruchting optreedt, wordt de bevruchte eicel terug in de baarmoeder geplaatst.
ICSI
Soms lukt het niet om een eicel te bevruchten met IVF. Bijvoorbeeld omdat er te weinig zaadcellen aanwezig waren. Er kan dan gekozen worden voor de ICSI-methode. Hierbij wordt onder een microscoop een zaadcel in de eicel geïnjecteerd. Als de bevruchting goed gaat, wordt de embryo na 3 dagen in de baarmoeder geplaatst.